De resultaten van harttransplantaties bij kinderen zijn goed. Het merendeel van de kinderen kan na een transplantatie weer gewoon leven. Met behulp van een steunhart kunnen kinderen ook de wachtlijstperiode voor een transplantatie succesvol overbruggen.  

Dat meldt het Nederlands Tijdschrift voor Geneeskunde zaterdag in een onderzoek naar harttransplantatie bij kinderen. Het onderzoek werd uitgevoerd door kinderartsen en andere specialisten van het Erasmus MC-Sophia Kinderziekenhuis en het Erasmus MC in Rotterdam.

Voor het onderzoek werden de gegevens van 64 kinderen onder de 18 jaar bestudeerd die binnen het ziekenhuis werden beoordeeld voor eventuele harttransplantatie. De gemiddelde leeftijd was 7 jaar. De resultaten van harttransplantatie zijn bij kinderen net zo goed als bij volwassenen met een overlevingskans binnen een jaar van 85-90% en binnen vijf jaar 75%. 'De winst in levenskwaliteit is bij kinderen zeer groot. Na de harttransplantatie heeft meer dan 95% van hen geen fysieke beperkingen. Een normale levensverwachting, zeker bij kinderen, wordt echter niet bereikt', aldus de artsen.

Hoge sterfte
Cardiomyopathie, een ziekte waarbij de hartspier abnormaal vergroot is, was bij 86% van de kinderen de onderliggende oorzaak van het hartfalen. 'Deze ziekte geeft een hoge sterfte: 30% na 1 jaar en 50% na 5 jaar. Harttransplantatie kan deze kindersterfte voorkomen', aldus de onderzoekers.  Daarom pleiten de artsen ervoor dat kindercardiologische centra nauwer gaan samenwerken om kinderen die behandeld kunnen worden met transplantatie zo vroeg mogelijk op te sporen. Zo worden hun overlevingskansen groter en kan de kindersterfte worden teruggedrongen.
Het Erasmus MC-Sophia Kinderziekenhuis in Rotterdam heeft als enige in ons land een speciaal programma voor harttransplantaties bij kinderen. In de periode 1998-2007 groeide het aantal kinderen dat verwezen werd naar het programma gestaag.
Sinds 2006 wordt bij kinderen ook een steunhart toegepast, een mechanische ondersteuning van de bloedcirculatie. 'Bij volwassenen is dat al heel gewoon. Met toenemende ervaring lukt het om bij 70 tot 80% van de kinderen een succesvolle overbrugging naar transplantatie te realiseren. De uitkomst na transplantatie is bovendien vergelijkbaar met kinderen zonder mechanische ondersteuning. Met speciaal voor kleine kinderen gemaakte steunharten, is dit zelfs mogelijk bij zuigelingen'.