Patiënten met de erfelijke hartspierziekte PLN krijgen sneller levensgevaarlijke hartritmestoornissen als zij meer vet rondom hun hart hebben. Veel vet lijkt de kans op deze hartritmestoornissen, die een hartstilstand kunnen veroorzaken, zelfs te verdubbelen.

Onderzoekers van het UMCG onderzochten in totaal 280 patiënten. Ze analyseerden MRI-scan beelden van hun hart en keken bij welke mensen hartritmestoornissen optraden. Ze zagen dat veel vet rondom het hart de kans op gevaarlijke hartritmestoornissen aanzienlijk vergroot, zelfs na aanpassing voor leeftijd, geslacht en BMI. Deze resultaten kunnen helpen om het risico op een hartstilstand bij deze patiënten beter te bepalen.

Belend Mahmoud, onderzoeker aan het UMCG: “Vet rondom het hart is gemakkelijk te meten. Voor de toekomst zien wij daarom zeker een rol in het meten van dit vet in deze patiëntengroep.”

Dit is de grootste studie tot nu toe die een verband legt tussen vet rondom het hart en deze ritmestoornissen die optreden in de hartkamers. Het was al eerder bekend dat vet rondom het hart de kans op boezemfibrilleren verhoogt.

De hartspierziekte PLN is een ernstige ziekte, waarbij het hart steeds verder aftakelt en slechter pompt (hartfalen). Patiënten kunnen ook hartritmestoornissen krijgen, die een hartstilstand kunnen veroorzaken. Er is geen behandeling die de ziekte afremt. Patiënten kunnen alleen een ICD krijgen die ingrijpt bij hartritmestoornissen of een behandeling met hartfalenmedicijnen om klachten te verminderen. Soms is zelfs een harttransplantatie nodig.

PLN is een erfelijke ziekte die ontstaat door een foutje in een gen dat zorgt voor de aanmaak van een eiwit dat belangrijk is voor het hart (phospholamban). De meeste patiënten wonen in Noord-Nederland, waar de ziekte ongeveer 600 tot 800 jaar geleden is ontstaan.

De onderzoekresultaten komen voort uit het DoubleDose-onderzoek, een groot landelijk onderzoek naar het beter kunnen voorspellen en beter behandelen van erfelijke hartspierziekten. Het onderzoek wordt gefinancierd door de Hartstichting en stichting Hartedroom, ondersteund door netwerkorganisatie DCVA.

De onderzoekers publiceren hun resultaten in het toptijdschrift European Heart Journal.